menu

De voordrachten die in deze uitgave zijn opgenomen – Rudolf Steiner hield ze tussen 1910 en 1912 – waren van meet af aan zeer omstreden. De gezichtspunten die Steiner hierin met betrekking tot het christendom naar voren bracht, riepen heftige reacties op. Met name in kerkelijke kringen, maar ook in de Theosofische Vereniging waarin Steiner indertijd werkzaam was, kon men hem moeilijk volgen in zijn radicale visie op Christus. Zo was de inhoud van deze voordrachten er de oorzaak van dat hij in 1913 uit de Theosofische Vereniging werd gezet.

Ook voor de huidige lezer bevatten de voordrachten gezichtspunten die op zijn minst als ongebruikelijk kunnen worden ervaren. In de kern gaat het daarbij om het inzicht dat Christus een werkelijk wezen is met wie elk mens een individuele verbinding kan hebben. Om de werkelijkheid van Christus te kunnen ervaren, aldus Steiner, heeft niemand een kerk of priester nodig. Ieder mens kan op eigen kracht de betekenis van Christus onderkennen.

Steiner spreekt in deze voordrachten over de verborgen esoterische kant van het christendom en over de verhouding tussen oosterse en westerse spiritualiteit.

De hoofdthema’s zijn: het wezen Christus; de historische Jezus; de ‘bodhisattva’ van deze tijd; de relatie tussen Boeddha en Jezus of Christus; het geheim van de ‘wederkomst’ van Christus.

Met een nawoord van Jelle van der Meulen.

Uitvoering Wissen

uw winkelmand

Extra informatie

Gesamtausgabe

,

Druk

1

ISBN

9789060385319

Uitvoering

,

Pagina's

264

Voor-/nawoord

Vormgeving

Jaartal

Vertaling

Fragmenten en achtergrondartikelen

Loading...
Bij dit boek is geen aanvullende informatie beschikbaar.

Boeken rond hetzelfde thema